TOS Businessclub | Uitgelicht: Frank Hegeman van Aannemingsmaatschappij Hegeman

Frank Hegeman (Aannemingsmaatschappij Hegeman): ‘Het meest trots ben ik op onze mensen’

Zet één stap in het kantoor van Frank Hegeman en je weet: hier wordt gebouwd. Een robuuste houten tafel domineert de kamer en de kenmerkende, warme geur van hout is onmisbaar. Frank is de algemeen directeur van Aannemingsmaatschappij Hegeman, ‘maar je ziet mij niet vaak. Ik ben maar één van de ruim 200 medewerkers die hier het werk verzetten. Kennis en knowhow van mensen is niet te verzekeren, dus daar zijn we zuinig op − de vent maakt de tent − maar ik denk dat we het wel aardig goed doen voor onze mensen. Elk jaar huldigen we de jubilarissen tijdens de nieuwjaarsreceptie en daar zitten steevast mensen tussen die hier al 40 en soms zelfs 50 jaar werken. Dat zegt veel.’

Op jullie website staat: we willen met plezier doen waar we goed in zijn. Staat werkplezier voorop bij Hegeman?

‘Werkplezier is absoluut belangrijk. We hanteren sinds jaar en dag drie kernprincipes: veiligheid staat op 1, kwaliteit op 2 en rendement op 3. Daar hebben we midden in de crisis in 2011, toen er sprake was van veel strijd en gezeik, werkplezier aan toegevoegd. We moeten bij elkaar passen, er energie en plezier uithalen. Dat geldt voor het werken met onderaannemers en leveranciers, maar ook met opdrachtgevers. Past een klus niet bij ons, dan moet je het lef hebben om nee zeggen. Dat vindt iedereen hier.’

Was je altijd al van plan om in het familiebedrijf te stappen?

‘In een schoolschriftje van de lagere school staat: later ga ik bouwen. Dus ja, ik wilde al op jonge leeftijd de bouw in, maar ik heb er wel goed over nagedacht. Het bedrijf werd in 1927 opgericht door mijn vaders opa: Harm Hegeman. Zijn zoon, mijn opa Gait, nam mij en mijn neefje al op jonge leeftijd mee in de vakanties: dagje bouwen, beetje rondkijken. En vanaf m’n 15^e deed ik hier vakantiewerk. Maar zowel mijn vader als ik wilde het eerst aankijken; zien of ik het wel echt leuk vond. Zo sta ik er nog steeds in. Ik heb drie zoons, waarvan twee een technische opleiding volgen. Het zou mooi zijn als ze in het bedrijf komen, maar hun geluk staat voorop. Het ondernemerschap betekent wel wat, dus je moet goed weten waar je instapt. Uiteindelijk ben ik hier in 2002 begonnen als projectleider. Vijf jaar later splitste het bedrijf zich op: mijn vaders neef ging verder als Hegeman Bouw & Infra, mijn vader als Aannemingsmaatschappij Hegeman, gericht op woningbouw en utiliteitsbouw. Vanaf 2010 ben ik enig eigenaar en algemeen directeur en ik zit helemaal op m’n plek. Wij zijn een maakindustrie; dat wat wij doen, staat er over 50 jaar nog en dat voelt goed. Bovendien: we houden ons bezig met techniek en ik ben een echte techneut. Techniek is het mooiste dat er is. Dat vond ik als jochie van vier al en dat is altijd zo gebleven.’

Er is in de bouw een enorme schaarste aan materialen en mensen. Hoe lossen jullie die puzzel op?

‘Die is niet zomaar even op te lossen. Als Hegeman horen we weliswaar bij de 50 grootste aannemers van Nederland, maar op wereldniveau heb je natuurlijk niks te vertellen. Corona heeft heel de wereld geraakt. Er is niet alleen schaarste aan hout, maar ook aan chemische producten, onderdelen voor isolatie en kunststof. Je probeert daarover goeie afspraken te maken met leveranciers. Meestal lukt dat en af en toe niet. Dat is overmacht.

De menselijke kant van de schaarste is minder lastig. Als je als bedrijf je verantwoordelijkheid neemt en leerlingen de kans geeft in jouw organisatie het vak te leren én je behandelt ze volwaardig, dan betaalt zich dat vanzelf uit. Dat stagiaires hier niet de vloer vegen, maar in een shirt van Hegeman gewoon meedraaien, daar wordt op de opleiding over gesproken: je moet zorgen dat je bij Hegeman komt! 70% van de leerlingen blijft plakken en daarmee vangen we de vergrijzing op en kunnen we zelfs een lichte uitbreiding realiseren. Kijk, we zijn bij Hegeman graag volledig in control. In alles willen we zelf de kennis, de kunde en de middelen hebben. Daarom hebben we bijvoorbeeld een eigen timmerfabriek en eigen materieel als torenkranen, steigers en keten in huis. Maar het meest trots ben ik op de mensen. Zij maken het werk. Nee, gezien de situatie in de markt mogen we niet klagen.’

Is het moeilijk om vernieuwend te blijven in jouw vak?

‘Wat is vernieuwend? Wij hebben een duurzaamheidsconcept BouwNovum. Daarmee ontwikkelden we een duurzame woning met veel comfort. Natuurlijke ventilatie en daglicht in de hele woning spelen daarin een belangrijke rol. Verder heeft een van onze medewerkers inklapbare transportbokken ontworpen om materialen op te vervoeren. De bokken hebben geen krimpfolie meer nodig om de materialen af te schermen en vast te houden, zoals eerst, maar sterk zeil dat je steeds opnieuw gebruikt en een demontabel frame dat zorgt voor minder transportbewegingen. Ook hebben we onze daken afgelopen jaar vol laten leggen met zonnepanelen zodat we zelfvoorzienend zijn qua elektriciteit. Dus we zijn continu vernieuwend bezig. Niet om vernieuwend te zijn, maar omdat we graag efficiënter en duurzamer willen werken.’

En dan in het weekend: ontspannen met voetbal?

‘Ja, die wedstrijden zijn een gezellig sociaal gebeuren. De meeste mensen zullen vooral mijn vader kennen. Die zit al vanaf de tijd in het Diekman elke thuiswedstrijd op de tribune, strak op de middenlijn. De rest van Nederland kent zijn gezicht trouwens ook wel, denk ik. Ik weet niet hoe hij het doet, maar hij komt met de thuiswedstrijden regelmatig in beeld. Als ik een wedstrijd bezoek, zit ik daar vooral gezellig met mijn jongens. De oudste is fan van Ajax, de middelste van FC Twente en de jongste ook van Ajax, maar hij speelt bij Go Ahead Eagles. Het weekend staat dus altijd in het teken van voetbal.’