TOS Businessclub | Uitgelicht: Marcel Hesselink, eigenaar van Ad Fontem
TOS Businessclub zet elke twee weken de spotlight op een van haar leden. Wat drijft ze, wat maken ze zoal mee en wat doen ze eigenlijk precies? Deze week is Marcel Hesselink aan het woord, eigenaar van Ad Fontem.
Marcel Hesselink (Ad Fontem): ‘Wij maken plannen binnen uw ruimte’
Stel, je hebt een bedrijf in het buitengebied dat je verder wilt (her)ontwikkelen of je wilt je café in de binnenstad uitbreiden. Hoe pak je dat dan aan? Óf je bent een agrariër op leeftijd en hebt geen opvolging: kun je dan je boerderij opdoeken en er wat anders neerzetten? Voor al die mooie plannen, ideeën en dromen is ruimte nodig. Ruimte die nu misschien wel bestempeld is als natuurgebied, parkeerplaats of woonruimte. Gelukkig is daar Ad Fontem in Borne. Hier kun je met al je vragen over de fysieke inrichting van de ruimte terecht. We vragen Marcel Hesselink, eigenaar van Ad Fontem en specialist op het gebied van de ruimtelijke ordening in Nederland, naar het naadje van de kous.
Om maar even de knuppel in het hoenderhok te gooien: kun je zulke bestemmingsvragen niet beter rechtstreeks met de gemeente aftikken?
‘Vroeger kon dat wel, maar die tijd is voorbij’, vertelt Marcel. ‘De overheid heeft deze taak op een goeie dag de markt op ‘gekieperd’. Dus als je plannen hebt voor een nieuwe inrichting van ruimte of perceel, dan moet je zelf met een onderbouwd voorstel / bestemmingsplan komen dat voldoet aan de wet- en regelgeving. Ook dien je de juiste procedures te doorlopen. Wij weten precies hoe de hazen lopen en adviseren particulieren, bedrijven en gemeenten hierover. We kijken verder dan de vraag, bedenken oplossingen en begeleiden onze klanten met de benodigde procedures. Of zoals we zelf graag zeggen: wij maken plannen binnen uw ruimte.’
Wat zijn de openbareruimteobstakels anno 2022?
‘We staan in Nederland voor een gigantische opgave als het gaat om de verdere inrichting van de fysieke ruimte. Om maar een paar thema’s te noemen: er is een enorme behoefte aan woningen, we zien veel binnenstedelijke leegloop, natuurwetgeving heeft zijn invloed op wat nog kan en mag, en bedrijventerreinen worden uit de grond gestampt ten koste van agrarisch gebied, maar er is nergens personeel te vinden om er te werken. Tegelijkertijd komt de nieuwe Omgevingswet eraan. Overheden maken hiervoor capaciteit vrij, waardoor er minder mensen beschikbaar zijn voor bijvoorbeeld de toetsing van plannen en de bestemmingsplanprocedures. Daardoor kost het steeds meer tijd om van idee naar uitvoering te komen. Je bent zo een jaar verder.’
Wat zijn momenten dat je gelukkig wordt van je werk?
‘Dat is als ik plezier heb. Gisteravond nog hadden we ons maandelijkse gehaktbaloverleg. Wij verzamelen dan om vijf uur en dan zitten we bij wijze van spreken lekker met de benen op tafel. Iedereen aan de patat met een gehaktbal en dan wordt er gelachen en geouwehoerd. We koppelen aan elk gehaktbaloverleg ook een thema, dus je steekt er ook nog wat van op. Maar omdat de setting informeel is, is het altijd erg leuk en gezellig. Die goeie sfeer vind ik erg belangrijk. Als ik mijn collega’s geen lol hoor maken met elkaar, is er iets niet goed!’
Als je hier in de omgeving zelf een ruimte zou mogen (her)ontwikkelen, waar zou dat dan zijn en wat zou je daarmee willen doen?
‘Oeh... dan wil ik iets dat uitdaging geeft. Ik denk bijvoorbeeld aan het centrum van Borne. Het winkelgebied is op zich goed, maar het plein bij het gemeentehuis mist beleving. Dat geldt overigens voor meer gemeenten. Winkeliers vertrekken, panden staan leeg… het oogt doods en dat doet zeer. Ik denk dat je zo’n plein weer bruisend krijgt met horeca, door winkelpanden om te bouwen naar starterswoningen en door laagbouw voor senioren te realiseren. Daardoor hou je je eigen mensen hier én gaat het centrum weer leven.’
Even wat minder zakelijk: met wie zou jij wel een dag willen ruilen en waarom?
‘Ik ben – als ik het van mezelf mag zeggen - aardig sportief aangelegd. Ik werk hard, maar maak de kop graag leeg met wielrennen of mountainbiken en een beetje fitness. Als ik een dag iemand anders zou kunnen zijn, dan zie ik mijzelf wel in een wielrenploeg in de Tour de France. Niet als fietser, maar als ploegleider. Dat tactische spel met sportievelingen lijkt me wel wat.’
Je bent net lid geworden van de TOS. Wat is jouw link met FC Twente?
‘Van vroeger uit was ik al supporter. En ik ben afgestudeerd bij FC Twente! Ik studeerde bestuurskunde op de UT en vond een stageplek in de kantine in het Diekman-stadion. Al die voetballers liepen daar in en uit: Michael Mols die stiekem een sigaretje kwam roken, Jan van Halst die echt geïnteresseerd was in wat wij deden. Als ik Jan ergens tegenkom, noemt hij me nog steeds ‘Lange’. Ik stond toen ook in vak P, daarna ben ik natuurlijk meeverhuisd naar het Arke-stadion. Na vak P volgde een plek in het gezinsvak en nu heb ik een businessjaarkaart. Eerst via de Gouden Talenten, nu bij de TOS. Ik moet overigens wel uitkijken wie ik als gast meeneem naar wedstrijden. Ik ben namelijk meer supporter dan zakenman. Zit je net in een gesprek, zet Twente een aanval in. Nou, dan spring ik gelijk op!’, grijnst Marcel.
Fotografie: Barbara Trienen